Hof Honselaarsdijk: kiem van de Westlandse tuinbouw

Grandeur op de geestgronden

Wie weet dat midden in het Westland het meest imposante paleis van Holland stond? Het Hof thoe Hontslaersdyck kon zich in de 17e en 18e eeuw meten met de grandeur van vorstenpaleizen in Frankrijk, Engeland, Duitsland en Oostenrijk. Geïnspireerd door het Franse hof liet stadhouder Frederik Hendrik vanaf 1621 Huys Honselaarsdijk bouwen in Hollands classisistische stijl. Het fungeerde als zomerverblijf en jachtslot waar buitenlandse gasten werden ontvangen. Vanaf 1633 werd ook een enorm tuinencomplex rond het paleis aangelegd. Het strekte zich uit over Honselersdijk, Naaldwijk, Monster en Wateringen. De tuinen waren een verlengstuk van het interieur van het pronkpaleis: een statussymbool, bedoeld om te imponeren. En met succes, want de tuinen konden wedijveren met het hof van Versailles, schreven tijdgenoten.
's Konings Huis, zijlings van vooren - Carel Allard

Een tuin in de stijl van Versailles

Het in Italiaans-Franse stijl ontworpen park bestond uit een jachtbos en een veelzijdige tuin met daarin een boomgaard en een moes- en kruidentuin om iedereen aan het hof te voeden. Vanuit de moestuinen werd de keuken voorzien van vruchten en groenten, vis kwam uit de grachten, vlees van de slacht, wild uit de hertenwei en het gevogelte van de jacht en de fazanterie.  De tuin was ingedeeld in symmetrische vakken en herbergde een enorme collectie zeldzame planten, gesnoeide boomvormen, beelden en fonteinen. Daaromheen een oranjerie, bijgebouwen en dierenverblijven met groot wild – denk aan beren, leeuwen en tijgers.

Meer dan 65.000 bomen geplant

In de boomgaard werden wijnstokken, bessenstruiken en talloze fruitbomen aangeplant, zoals abrikozen, perziken, peren, appel, kersen, pruimen, mispels en kweepeer, maar ook tamme kastanjes, walnoot en amandelbomen. Buiten de slotgracht lag de warande, het afgesloten jachtterrein. Voor de beplanting werden van heinde en verre tienduizenden bomen aangekocht. Eerst werden ruim 4.000 beuken en 2.000 heesters vanuit een ander Oranje-domein gehaald. Daarna werden in 1638 onder meer 55.000 elzen, 2.969 iepen, 500 zilverpopulieren, 370 grote linden en wilde kastanjebomen aangeplant.
Laan met rijtuigen en wandelaars - Carel Allard
Oranjerie op Paleis Honselaarsdijk - Carel Allard

Vermeerderen, veredelen en enten

Gaandeweg werd in de tuinen ook steeds meer teeltonderzoek gedaan. Koning-stadhouder Willem III, die het paleis in 1660 erfde na het overlijden van zijn moeder Mary Stuart, had een grote passie voor de ’tuinkunst’. Hij speelde een pioniersrol bij de introductie van nieuwe soorten toen hij in 1675 het verbod van de VOC op het vervoer van exotische planten introk. In 1680 liet hij een grote nieuwe oranjerie bouwen, voor ‘Indiaensche’ en andere uitheemse gewassen.

Samen met zijn hoveniers zocht hij actief naar verbeteringen in de tuinbouw. Ze verdiepten zich in het vermeerderen, veredelen en enten van bomen en planten en het kweken in oranjerieën en andere kassystemen. Ook stelden ze vast dat wisselteelt en bemesting de opbrengst op de onvruchtbare geestgronden aanmerkelijk verbeterden.

De tuinbouw in het Westland

Zo werden deze tuinen en oranjerieën eigenlijk de eerste proeftuinen van het Westland. Het personeel nam de kennis mee en verspreidde die verder. Vlak naast het Hof zetelde een welgesteld warmoezenier die producten leverde als ‘appels, peren, noten, druiven, kersen, pruimen, abrikozen, aal- en kruisbessen, tuinkruiden, meloenen en asperges.’ Ook buiten de landgoederen groeiden de tuinbouw en het beroep van de warmoezenier. Vanuit de steden kwam steeds meer vraag naar consumptiegoederen – en vooral naar nieuwe verfijnde tuinbouwproducten zoals ‘kropsla, andijvie, prinsessenbonen, prei, bloemkool, spinazie, aardappelen en vele andere producten’. In het Westland ging men zich steeds meer toeleggen op deze teelt – in de volle grond én overdekt.
Gezicht op Honselaarsdijk vanaf Loosduinerweg - Carel Allard
Meer over Huys Honselaarsdijk:
Willem III stierf kinderloos in 1702 en het bleef decennia onduidelijk wie het jachtslot erfde. Na 1795 werd het door de Fransen geannexeerd en gebruikt als gevangenis, militair hospitaal en kweekschool voor scheepvaartpersoneel. Op een paar bijgebouwen na is Huys Honselaarsdijk in 1814 afgebroken, in zwaar verwaarloosde staat. En daarna is het uit ons collectieve geheugen verdwenen.
Boswachtershuis - Carel Allard
Prieel van de koningin - Carel Allard
Weg tussen Honselaarsdijk en Naaldwijk - Carel Allard